spuitpoep
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spuit·poep
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spuitpoep | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de spuitpoep m
- (informeel) (medisch) zeer dunne ontlasting
- Journaliste Tosca Sel en haar verloofde Anne testen een kleine berg smartdrugs die de lust zouden moeten aanwakkeren. Het resultaat na drie nachten: misselijkheid, spuitpoep en een 18 uur durende erectie. [2]
- De naar eigen zeggen nog in een bubbel levende Simon heeft ook de keerzijden al meegemaakt. „Ik weet nu wat stuwing is, ik heb geleerd wat tepelhoedjes zijn en ik weet ook wat spuitpoep inhoudt.” [3]
- IJzersterk aan de film is dat de heren geen motief krijgen om op zo’n decadente wijze zelfmoord te plegen. De film is ook niet te duiden als gericht tegen westerse decadentie, of voor decadentie. Dit gaat werkelijk alleen over vier heren die zich dood eten, in al zijn kleurrijke grandeur en in zijn grauwe smerigheid; Ferreri schuwt de spuitpoep niet. [4]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord spuitpoep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "spuitpoep" herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
50 % | van de Vlamingen.[5] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ spuitpoep op website: Etymologiebank.nl
- ↑ De Telegraaf TOSCA SEL 11 mei 2017 Lust in een flesje: 'Het geeft je net die extra kick en je bent niet te stoppen'
- ↑ De Telegraaf 04 aug. 2017 Simon Keizer praat over ’enorme’ roze wolk
- ↑ NRC Wilfred Takken 2 maart 2010 Je dood eten zonder een goed motief
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Informeel in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 88 %
- Prevalentie Vlaanderen 50 %