spookten om

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • spook·ten om
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
omspoken

spookten (...) om

  1. meervoud verleden tijd van omspoken
    • Wij spookten om. 
    • Jullie spookten om. 
    • Zij spookten om. 

Gangbaarheid