spierbal

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  spierbal    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈspirbɑl / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• spier·bal

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  spier  en  bal 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	spierbal	spierballen
verkleinwoord	spierballetje	spierballetjes

Zelfstandig naamwoord

de spierbal m

1. De verdikking van de armbuiger die aan de voorkant van de bovenarm zit.

   • Hij laat zijn spierballen zien, hij laat zien dat hij sterk is 

2. (figuurlijk) daadkrachtig

Gangbaarheid

• Het woord spierbal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "spierbal" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.