snoepje
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- snoep·je
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | snoep | - |
verkleinwoord | snoepje | snoepjes |
Zelfstandig naamwoord
snoepje o dim. tant.
- een stuk snoepgoed
- Als je braaf bent, krijg je een snoepje.
Zelfstandig naamwoord
snoepje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord snoep
Gangbaarheid
- Het woord snoepje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "snoepje" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandig verkleinwoord
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %