snikkelgoal

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • snik·kel·goal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord snikkelgoal snikkelgoals
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de snikkelgoalm

  1. doelpunt onopzettelijk gemaakt door geslachtsdeel van voetballer
     Toen Kums in oktober tegen Utrecht de bal net iets te ver voor zich uit duwde, kon een verdediger zijn voet ertegen zetten. Kums nam de bal echter onorthodox mee en kon alsnog scoren. Toen hij zijn doelpunt vierde, werd duidelijk dat Kums de bal op een nogal pijnlijke plaats had meegenomen. Of met de woorden van de commentator: 'Hij maakt hem met zijn jongeheer'.Foppe De Haan doopte het doelpunt later om tot een snikkelgoal. In de Van Dale wordt de term als het volgt uitgedrukt: doelpunt dat per ongeluk wordt gescoord door een voetballer die de bal in zijn schaamstreek krijgt aangespeeld.Bekijk hier de bewuste snikkelgoal nog eens opnieuw:[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 25 juli 2023 Weblink bron “Sven Kums haalt Nederlandse Van Dale met 'snikkelgoal'” (Donderdag 22 december 2011 om 10:26), De Standaard