scheikundeonderwijs
Uiterlijk
- schei·kun·de·on·der·wijs
- samenstelling van scheikunde en onderwijs
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | scheikundeonderwijs | - |
| verkleinwoord | - | - |
het scheikundeonderwijs o
- (onderwijs) het onderwijs in het schoolvak scheikunde.
- aardrijkskundeonderwijs, biologieonderwijs, economieonderwijs, geschiedenisonderwijs, godsdienstonderwijs, handvaardigheidonderwijs, informaticaonderwijs, muziekonderwijs, natuurkundeonderwijs, sportonderwijs, techniekonderwijs, tekenonderwijs, wiskundeonderwijs
- scheikundeboek, scheikundeleraar, scheikundelerares, scheikundelokaal, scheikundeles
- Het woord 'scheikundeonderwijs' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.