scharrel aan

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  scharrel aan    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• schar·rel aan

Woordherkomst en -opbouw

• uit scharrel (werkwoord) en aan, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

vervoeging van
aanscharrelen

scharrel (...) aan

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanscharrelen
   

   • Ik scharrel aan. 

2. gebiedende wijs van aanscharrelen
   

   • Scharrel aan! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanscharrelen
   

   • Scharrel je aan? 

Gangbaarheid

• Het woord 'scharrel aan' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.