rost
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- rost
Bijvoeglijk naamwoord
rost
- onverbogen vorm van de overtreffende trap van ros
Werkwoord
vervoeging van |
---|
rossen |
rost
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rossen
- Jij rost.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rossen
- Hij rost.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van rossen
- Rost!
Gangbaarheid
- Het woord rost staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rost" herkend door:
37 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be