rijgevoel

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  rijgevoel    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• rij·ge·voel

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  rijden ww  en  gevoel zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	rijgevoel
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het rijgevoel o

1. de intuïtieve gevoel dat men heeft bij het rijden op een weg

   • De wegbeheerders hebben door de aanhoudende vorst nog onvoldoende kans gekregen slechte stukken asfalt te repareren. 'We roepen daarom motorrijders op voorzichtig aan te doen en de tijd te nemen het goede rijgevoel weer onder controle te krijgen', aldus de organisatie.  

2. het rijcomfort dat men ervaart bij het rijden

   • Zijn hoofdtaak is vanaf de allereerste aanblik glashelder: dit is een vooral een functionele auto, waar vier mensen en bagage mee vervoerd kunnen worden. Met voldoende comfort en zowaar ook behoorlijk wat rijgevoel.  
   • Door het accupakket van het Koreaanse LG heeft de Ampera-e ook geen dorpels. De verstevigingsbalken zitten juist aan de onderzijde. Het vergemakkelijkt de instap en beschermt de 288 cellen van de batterij. Tijdens de rit in een van de eerst geproduceerde auto’s voelde de acceleratie van de fluisterstille Opel zeer vlot aan en gaf de elektroauto een goed rijgevoel. Hij moet in 7,6 tellen van stilstand tot 100 km/h kunnen sprinten, maar 50 km/h staat al na 3,2 seconden op de snelheidsmeter. De topsnelheid is begrensd op 150 km/h.  

Gangbaarheid

• Het woord 'rijgevoel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rijgevoel" herkend door:

93 %	van de Nederlanders;
93 %	van de Vlamingen.