procrustesbed

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pro·crus·tes·bed
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord procrustesbed procrustesbedden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het procrustesbedo

  1. het zich bevinden in een pijnlijke of onmachtige positie
     Ik verliet mijn procrustesbed op Duivelseiland, en trok aan de Leidsegracht weer bij Mirjam en Tonio in - al moest ik voorlopig genoegen nemen met de huiskamerbank.[3]
     Wills geeft vervolgens een nogal psychologiserende beschrijving van Augustinus. Zijn verdrongen seksuele obsessie levert zinnetjes op als „Er zat een prestatiegericht element in deze ascetische breuk met het ”lagere leven”.” Verworvenheden van de psychologie hebben natuurlijk hun functie. Toch heb ik er moeite mee om allerlei psychologische dogma’s over personen in het verleden te leggen. In een dergelijk Procrustesbed is het slecht toeven.[4]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. procrustesbed op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. “Tonio : een requiemroman” (2011), De Bezige Bij op Wikipedia, ISBN 9789023467014
  4. Bronlink geraadpleegd op 16 maart 2022 Weblink bron
    Richard Toes
    “Schurkpaal en stapsteen” (19 juni 2002), Reformatorisch Dagblad