praktijkondersteuner
Uiterlijk
- prak·tijk·on·der·steu·ner
- samenstelling van praktijk zn en ondersteuner zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | praktijkondersteuner | praktijkondersteuners |
verkleinwoord |
de praktijkondersteuner m
- (beroep) persoon die patiënten met een bekende, chronische aandoening via protocollen begeleidt en behandelt in de huisartsenpraktijk
- ▸ "Als meer patiënten zich willen inschrijven, kan de huisarts uitbreiden met een praktijkondersteuner of een extra huisarts in dienst nemen. Maar ook dan moet je daar wel de ruimte voor hebben. Lukt dat niet, dan krijg je een patiëntenstop." Van 't Veld waarschuwt dat zo'n situatie in de toekomst vaker kan voorkomen.[1]
- ▸ De artsen vreesden toen dat hun praktijkondersteuners onder de nieuwe regels onbetaalbaar zouden worden en dat daarmee de lokale zorg ernstig zou gaan verschralen. Deze praktijkondersteuners zijn de spin in het web bij het organiseren van de zorg voor mensen met diabetes, astma of hart- en vaatziekten. Als bijvoorbeeld een oudere patiënt na een operatie thuis moet revalideren, is het de praktijkondersteuner die de wijkverpleging inschakelt of een aangepast bed regelt.[2]
- Het woord praktijkondersteuner staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron “Driekwart huisartsen kan geen praktijkruimte vinden of uitbreiden” (maandag 31 januari 2022, 08:46), NOS
- ↑ Weblink bron Sander Zurhake“Praktijkondersteuning huisartsen gered na draai Zilveren Kruis” (woensdag 2 februari 2022, 17:46), NOS