postconcern

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • post·con·cern
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord postconcern postconcerns
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het postconcerno

  1. (bedrijfskunde) bedrijf dat bestaat uit een aantal losse bedrijven die post bezorgen
     De pakkettenbusiness is de laatste jaren extreem hard gegroeid. In het tweede kwartaal van dit jaar bedroeg de stijging nog 22 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Om die stijging voort te zetten, investeert het postconcern onder andere in nieuwe sorteercentra. Dat het postbedrijf moeite heeft om die snelle groei bij te benen, werd duidelijk rond Sinterklaas. PostNL kreeg een lawine aan klachten en meldingen over bezorging van sinterklaascadeaus over zich heen.[1]
     ,,We hebben het matchloket geopend. Hier konden bedrijven die geen werk hadden hun personeel aanmelden. Er kwamen mensen uit de horeca, maar ook vanaf andere onderdelen van ons postconcern die hun eigen werk niet konden doen. Rijinstructeurs, die chauffeurs voor op de grote wagen moesten opleiden, hadden geen werk. Zij werden chauffeur bij ons. Normaal hebben we vierduizend pakketbezorgers op straat, nu gaan er 4500 dagelijks op pad.’’[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 8 februari 2024 Weblink bron
    Natasja de Groot
    “FNV: er komen acties bij PostNL” (10-12-2018), Tubantia
  2. Bronlink geraadpleegd op 8 februari 2024 Weblink bron
    Eduard Voorn
    “Explosieve groei bij PostNL: meer bezorgers, robots en extra sorteercentra” (16-07-2020), Tubantia