podagreus
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- po·da·greus
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | podagreus | podagreuzer | podagreust |
verbogen | podagreuze | podagreuzere | podagreuste |
partitief | podagreus | podagreuzers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
podagreus
- (medisch) lijdend aan jicht
- Dat hij podagreus was, bleek onder meer uit een brief van Marie Anemaet aan W.H. Suringar van 12 juni 1863, (…): ‘Mijn vader (...) is een zwaar podagrist’. [3]
- (medisch) met jicht, betrekking hebbend op jicht
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord podagreus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "podagreus" herkend door:
10 % | van de Nederlanders; |
14 % | van de Vlamingen.[5] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ podagreus op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Ver Huell, A. (eds. J. Bervoets & R. Chamuleau)Het dagboek van Alexander Ver Huell 1860-1865. (1985) De Walburg Pers, Zutphen; ISBN 9060113977; p. 18 n. 70; geraadpleegd 2019-10-29
- ↑ Brugmans, G."Vader Vrijgezel" in: Nieuwsblad van het Noorden jrg. 46 nr. 67 (20 maarft 1933); p. 5 kol. 1; geraadpleegd 2019-10-29
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 10 %
- Prevalentie Vlaanderen 14 %