pingpongtafel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

pingpongtafel
Uitspraak
Woordafbreking
  • ping·pong·ta·fel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pingpongtafel pingpongtafels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de pingpongtafelv / m

  1. tafel waarop men tafeltennis kan spelen
     Ik zie hem met een bat in de hand dansen voor de pingpongtafel, met die fosforescerende buisjes op de ruggen van zijn handen geplakt om de tegenstander van de wijs te brengen.[1]
     Het lijkt een vreemde opmerking uit de mond van een meisje, maar Eerland tracht achter de pingpongtafel juist 'mannelijk' te spelen.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. “Tonio : een requiemroman” (2011), De Bezige Bij op Wikipedia, ISBN 9789023467014
  2. Bronlink geraadpleegd op 16 maart 2022 Weblink bron “Eerland naar hoofdtoernooi WK” (09-05-2011), NOS