otorgar
Uiterlijk
- o·tor·gar
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
otorgar |
otorgaba |
otorgado |
volledig |
otorgar
- overgankelijk verlenen,toekennen, toestaan
- verlijden (bij notaris)
- otorgar in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española