omwringen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • om·wrin·gen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

omwringen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
omwringen
wrong om
omgewrongen
klasse 3 volledig
  1. iets of iemand dwingen iets te doen of te laten
    • Toch had de Privacycommissie volgens hem geen grond om Telenet te verplichten zijn klanten om toestemming te vragen. "We kunnen de arm van een bedrijf niet omwringen voor iets dat commercieel heel lastig is, en juridisch niet nodig." Volgens Vemeulen is met GDPR beterschap op komst. [2] 
    • Politiek oogt het mooi. De regering zou dan haar eigen procedure met de RFGP (Request for Government Proposal) niet de nek moeten omwringen – en het risico lopen op juridische claims vanuit Londen of Washington – en tegelijk zou premier Charles Michel de Franse president Emmanuel Macron te vriend houden. [3] 
    • De onderzoeksfondsen willen tijdschriften met een betaalmuur de arm omwringen door de input van Europese onderzoeksinstellingen droog te leggen. Ze hopen ook op aansluiting van onderzoeksfondsen van buiten Europa, met name de VS. [4] 

Gangbaarheid

58 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. De Standaard 24 april 2018 K. Lemmens Proficiat, u koos ooit voor tv-reclame op maat
  3. De Standaard 19 juli 2018 P. De Lobel Frankrijk zegt F-35 de wacht aan
  4. De Standaard 5 september /2018 L. Alsteens Ook nieuwe Belgische wet forceert ‘open’ wetenschap
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be