oefenmatch
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: oefenmatch (hulp, bestand)
Woordafbreking
- oe·fen·match
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van oefen zn en match zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oefenmatch | oefenmatchen oefenmatches |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (sport) een wedstrijd die dient als training
- ▸ Een kunstgreep die we ook bij Frank Boeckx hebben toegepast. Die moest met Anderlecht een oefenmatch in Nederland spelen en zou met de wagen nooit op tijd in Vilvoorde zijn geraakt.[1]
- ▸ Behalve in Borne oefent Oranje nog een keertje eerder tegen Finland. Die wedstrijd wordt gespeeld op Papendal en is daags voor de oefenmatch in Borne.[2]
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord oefenmatch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Pieter Dumon“De interne keuken van ‘De slimste mens’: medewerkers klappen uit de biecht” (8 december 2019), De Morgen
- ↑ Weblink bron Ralph Blijlevens“Volleyballers Oranje oefenen in Borne voor OKT” (16-07-2019), Tubantia