veroordeling
Uiterlijk
- ver·oor·de·ling
- Naamwoord van handeling van veroordelen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | veroordeling | veroordelingen |
verkleinwoord | veroordelinkje | veroordelinkjes |
de veroordeling v
- een uitspraak van een rechter waarbij de beschuldigde iets verweten wordt
- de oproep om iemand een straf te geven
- afkeuring
- Het woord veroordeling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "veroordeling" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be