nikoed

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

1. Zwarte Hebreeuwse letters met in rood verschillende voorbeelden van een nikoed.
Uitspraak
Woordafbreking
  • ni·koed
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nikoed nikoeds
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de nikoedm

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) (taalkunde) markering met diakriet waarmee in Hebreeuwse tekst klinkers kunnen worden aangegeven
     Typisch negentiende-eeuwse verschijnselen als Hebreeuwse punctuering (nikoed) en Duitsachtige klinkerverlengers (heej en ajin) verdwijnen de laatste jaren uit de meeste boeken en kranten.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 25 oktober 2021 Weblink bron
    Nicoline van der Sijs (red)
    “Taaltrots : Purisme in een veertigtal talen” (1999), Uitgeverij Contact, Amsterdam / Antwerpen, ISBN 9025496245, p. 101