meststoffabriek

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mest·stof·fa·briek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord meststoffabriek meststoffabrieken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de meststoffabriekv

  1. fabriek waar men kunstmest maakt
    • In 2002 werd een door Belgen gebouwde meststoffabriek in Al Qaïm, op de grens tussen Irak en Syrië, aan de wereld voorgesteld als een directe bedreiging voor de VS. Volgens Delruelle, destijds projectleider van de fabriek, was dat “helemaal fout”.[1] 
    • 'Om het probleem met de productie van voedsel op te lossen moeten we de landbouw verder ontwikkelen en de meststofvoorraden opdrijven', zo zei Kim Jong-il tijdens een bezoek aan een meststoffabriek, meldt het officiële agentschap KCNA.[2] 

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. de Standaard 13/juli/2016
  2. de Standaard 12/augustus/2007