melk af

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • melk af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
afmelken

melk (...) af

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afmelken
    • Ik melk af. 
  2. gebiedende wijs van afmelken
    • Melk af! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afmelken
    • Melk je af? 

Gangbaarheid