masechta
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ma·sech·ta
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | masechta | masechtot |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (Jiddisch-Hebreeuws) traktaat van Misjna of Talmoed
Verwante begrippen
- Hebreeuws: masechet
Gangbaarheid
- Het woord 'masechta' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.