marcharse
Spaans
Uitspraak
Woordafbreking
- mar·char·se
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
marcharse |
marchaba |
marchado |
volledig |
Werkwoord
marcharse
- wederkerend weggaan, zich verwijderen, vertrekken, opstappen
Synoniemen
- [1] irse
Verwijzingen
- marcharse in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española