maakbaarheid
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: maakbaarheid (hulp, bestand)
- IPA:
- (Nederland) /ˈmaːkbaːrɦɛːɪt/
- (Vlaanderen) /ˈmaːkbaːrɦɛːt/
Woordafbreking
- maak·baar·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | maakbaarheid | maakbaarheden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de maakbaarheid v
- mate waarin iets gerealiseerd kan worden
Afgeleide begrippen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord maakbaarheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.