lova

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • lo·va
Naar frequentie 179959

Werkwoord #1

Werkwoord

lova

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van love
Schrijfwijzen

Werkwoord

lova

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van love
Schrijfwijzen

Werkwoord

lova

  1. van love
Schrijfwijzen

Werkwoord #2

Werkwoord

lova

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van love
Schrijfwijzen

Werkwoord

lova

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van love
Schrijfwijzen

Werkwoord

lova

  1. van love
Schrijfwijzen


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • lo·va

Werkwoord #1

Werkwoord

lova

  1. onbepaalde wijs, tweede vorm naast love, zie aldaar

Werkwoord

lova

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van lova

Werkwoord

lova

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van lova

Werkwoord

lova

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van love

Werkwoord

lova

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van love

Werkwoord #2

Werkwoord

lova

  1. onbepaalde wijs, tweede vorm naast love, zie aldaar

lova

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van lova
Schrijfwijzen

Werkwoord

lova

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van lova
Schrijfwijzen

Werkwoord

lova

  1. van lova
Schrijfwijzen

Werkwoord

lova

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van love
Schrijfwijzen

Werkwoord

lova

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van love
Schrijfwijzen

Werkwoord

lova

  1. van love
Schrijfwijzen

Zelfstandig naamwoord

lova

  1. nominatief bepaald vrouwelijk enkelvoud van lov
Schrijfwijzen