loipe

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • loi·pe
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Noors, in de betekenis van ‘langlauftraject’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1984 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord loipe loipen
loipes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de loipem

  1. uitgezette route voor langlaufers, langlaufspoor
    • In dit skigebied kun je langlaufen op geprepareerde loipen. 
Vertalingen

Gangbaarheid

39 % van de Nederlanders;
22 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen