lassa
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- las·sa
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lassa | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
lassa
- (medisch) (virussen) Arenaviridae een van de Afrikaanse virale hemorragische koortsen, een groep virusziekten met een grote besmettelijkheid en vaak een dodelijke afloop veroorzaakt door een arenavirus
Synoniemen
Verwante begrippen
- zie de categorie Virussen in het Nederlands
- ebola, marburg
Gangbaarheid
- Het woord 'lassa' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.