Naar inhoud springen

koterden op

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ko·ter·den op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opkoteren

koterden (...) op

  1. meervoud verleden tijd van opkoteren
    • Wij koterden op. 
    • Jullie koterden op. 
    • Zij koterden op. 

Gangbaarheid