kortstondig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kortstondig (hulp, bestand)
Woordafbreking
- kort·ston·dig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | kortstondig | kortstondiger | kortstondigst |
verbogen | kortstondige | kortstondigere | kortstondigste |
partitief | kortstondigs | kortstondigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
kortstondig
- dat iets maar kort duurt
- Pokémon was weer een van die kortstondige hypes.
- We hadden maar een kortstondig oponthoud bij de Merwedebrug.
- ▸ De euro was dinsdagochtend voor het eerst in ongeveer twintig jaar evenveel waard als de dollar. De Europese eenheidsmunt daalde kortstondig tot exact 1,0000 dollar en bereikte daarmee het zogeheten pariteitsniveau, waarbij 1 euro precies evenveel waard is als 1 dollar. De laatste keer dat de euro dat niveau bereikte, was eind 2002.[1]
Gangbaarheid
- Het woord kortstondig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "kortstondig" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Euro voor het eerst in twintig jaar precies evenveel waard als dollar” (12 juli 2022), NU.nl
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be