koppie
Uiterlijk
- kop·pie
het koppie o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kop met het achtervoegsel -ie
- (figuurlijk) (informeel) (met reduplicatie) pienter verstand, slimheid
- ▸ De één zegt: “U had volkomen gelijk meneer. Dat was wat je noemt koppie, koppie”. De ander zegt: “Dat is sterk meneer, wij liepen maar domweg voorbij maar u had de situatie door”.[1]
- Het woord koppie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Jos RutingEen plaatje dat je nooit vergeet in: Hollands Maandblad , Jaargang 6 (1964-1965), Stichting Hollands Weekblad, Den Haag, p. 22 op dbnl.org