kom om

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kom om
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
omkomen

kom om

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkomen
    • Ik kom om. 
  2. gebiedende wijs van omkomen
    • Kom om! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkomen
    • Kom je om? 


Gangbaarheid