klinkt aaneen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- klinkt aan·een
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aaneenklinken |
klinkt (...) aaneen
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenklinken
- Jij klinkt aaneen.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenklinken
- Hij klinkt aaneen.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van aaneenklinken
- Klinkt aaneen!
Gangbaarheid
- Het woord 'klinkt aaneen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.