keilt weg

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • keilt weg
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
wegkeilen

keilt (...) weg

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegkeilen
    • Jij keilt weg. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegkeilen
    • Hij keilt weg. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van wegkeilen
    • Keilt weg! 

Gangbaarheid