kantoorsloerie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kan·toor·sloe·rie
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kantoor zn en sloerie zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kantoorsloerie | kantoorsloeries |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de kantoorsloerie v
- (pejoratief) een vrouwelijke kantoorbediende die een (seksuele) relatie aanknoopt met haar meerdere
- ▸ Hij doet het met een kantoorsloerie. Pieter de geniale strafpleiter is een achterbakse hufter die op kantoorsletjes valt.[1]
- (pejoratief) ordinaire, vrouwelijke kantoorbediende
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'kantoorsloerie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.