ikebana
Uiterlijk
- ike·ba·na
- Leenwoord uit het Japans, in de betekenis van ‘bloemschikkunst’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1940 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ikebana | - |
verkleinwoord | - | - |
het ikebana o
- Japanse bloemschikkunst gericht op het scheppen van een fraaie compositie
- Het woord ikebana staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ikebana" herkend door:
30 % | van de Nederlanders; |
39 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "ikebana" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ ikebana op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be