hou gevangen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hou ge·van·gen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
gevangenhouden

hou gevangen

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gevangenhouden
    • Ik hou gevangen. 
  2. gebiedende wijs van gevangenhouden
    • Hou gevangen! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gevangenhouden
    • Hou je gevangen? 

Gangbaarheid