grootmacht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: grootmacht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- groot·macht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van groot en macht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grootmacht | grootmachten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- een partij, vaak een staat, met een dominante positie op een bepaald gebied
- Het land streeft naar de status van regionale grootmacht.
- “Rusland is helemaal geen grootmacht meer. Het is een pompstation met een maffiabaas” [1]
Verwante begrippen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord grootmacht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.