griffierecht

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grif·fie·recht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord griffierecht griffierechten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het griffierechto

  1. bijdrage die men aan de rechterlijke macht moet betalen als men een gerechtelijke procedure opstart
     Doel van de proef was om de rechtspraak laagdrempeliger, sneller en goedkoper te maken. Een spreekuurrechter kost beide partijen 39,50 euro, de helft van het laagste griffierecht. Volgens de rechtbank zijn de meeste mensen die meewerkten positief. Ook de zeven rechters die meededen zijn enthousiast.[2]
     Het hof oordeelt dat het hoger beroep van het echtpaar tegen de Belastingdienst gegrond is en bepaalt dat de inspecteur 25.000 euro moet betalen als tegemoetkoming in de proceskosten en het betaalde griffierecht moet vergoeden. Verder werd door de inspecteur toegezegd dat nog openstaande naheffingsaanslagen en loonheffingen vernietigd zullen worden.[3]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 september 2022 Weblink bron “Proef met goedkope spreekuurrechter smaakt naar meer” (Woensdag 11 april 2018), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 17 september 2022 Weblink bron “Hof vernietigend over Belastingdienst die echtpaar jarenlang achtervolgde” (Zaterdag 5 februari 2022), NOS