genuafok
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·nua·fok
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | genuafok | genuafokken |
verkleinwoord | genuafokje | genuafokjes |
Zelfstandig naamwoord
- (scheepvaart) een type fok, dat als eerste zeil vóór de mast gevoerd wordt
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'genuafok' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.