geconjugeerd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·con·ju·geerd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van conjugeren: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | conjugeren… |
verbogen vorm: | geconjugeerde |
geconjugeerd
- voltooid deelwoord van conjugeren
stellend | |
---|---|
onverbogen | geconjugeerd |
verbogen | geconjugeerde |
Bijvoeglijk naamwoord
geconjugeerd
- (scheikunde) een over meer dan twee atomen uitgebreid stelsel van moleculaire orbitalen vormend
- De twee dubbele bindingen in butadieen vormen een geconjugeerd systeem.
- (scheikunde) slechts verschillend in een enkel proton
- Het ion van nitriet is de geonjugeerde base van het molecule van salperterigzuur in de brønstedtheorie.
- (wiskunde) slechts verschillend in het teken van de imaginaire component(en)
- Het complexe getal 1-i is de geconjugeerde van 1+i, en hetzelfde kan gezegd worden van de quaternionen 1+i+j+k en 1-i-j-k
- (medisch) ~ vaccin waarvan het bacterieel polysacharide gekoppeld wordt aan een lichaamseigen proteïne
Gangbaarheid
- Het woord geconjugeerd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voltooid deelwoord met ge- -d
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Scheikunde in het Nederlands
- Wiskunde in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal