gaslighting
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gaslighting (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɡɛslɑjtɪŋ / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- gas·ligh·ting
Woordherkomst en -opbouw
- van Engels gaslighting, een verwijzing naar de film Gaslight
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gaslighting | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (psychologie) manipulatie waarbij je eigen waarnemingen telkens weer als onjuist worden voorgesteld zodat je aan je eigen waarnemingsvermogen gaat twijfelen
- ▸ Alleen Luc gaat op een avond, waar er in een gezelschapsspel een vergelijk tussen de zussen plaatsvindt, in tegen de uitspraak dat Georgine de aansprekendste zou zijn. ‘Wie heeft er de schoonste ogen van de hele wereld?’ Er volgen momenten, steeds buiten het oog van de gemeenschap, op een toren, in een koets, waardoor Marie zich in het geheim maar met goede redenen van zijn liefde overtuigd weet (voortreffelijk zet Loveling hiervoor haar verteller in). Maar Luc richt zich tegelijkertijd tot Georgine. Hoe zit dat nu? Is het gaslighting? Wil hij haar wel of niet? Kan het bestaan? Wat als het niet kan zijn?[1]
- ▸ Iedereen kent wel zo’n persoon, die graag heimelijk aan stoelpoten zaagt, die met subtiele hints iemands zelfvertrouwen probeert te ondermijnen en altijd op zoek is naar manieren om de ander zich wat kleiner te laten voelen. In extreme gevallen is daar dus een woord voor: gaslighting.[2]
Gangbaarheid
- Het woord gaslighting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Manon Uphoff“De ‘zotheid’ van een intelligente vrouw” (10 juni 2021) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Peter de Bruijn“Hoe een oude film de koppen bepaalt” (6 november 2018) op nrc.nl