gadogado

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

1. gadogado
Uitspraak
Woordafbreking
  • ga·do·ga·do
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gadogado -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de gadogadom

  1. (kookkunst) Indonesisch gerecht uit licht gekookte of gestoomde groenten met pindasaus
    • De gadogado van mijn vrouw ziet er ook goed uit en is erg smakelijk, hoor ik. [1]
Schrijfwijzen
  • gado-gado (spelling die voor 2005 gangbaar was)

Gangbaarheid

75 % van de Nederlanders;
11 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen