fitnest

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fit·nest

Werkwoord

vervoeging van
fitnessen

fitnest

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fitnessen
    • Jij fitnest. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fitnessen
    • Hij fitnest. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van fitnessen
    • Fitnest!