farmabedrijf
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- far·ma·be·drijf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | farmabedrijf | farmabedrijven |
verkleinwoord | farmabedrijfje | farmabedrijfjes |
Zelfstandig naamwoord
het farmabedrijf o
- (medisch) een bedrijf actief in de medische sector
- Het farmabedrijf produceerde een nieuw geneesmiddel.