espía

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • es·pí·a
enkelvoud meervoud
espía espías

Zelfstandig naamwoord

espía m/v

  1. spion(ne)
Verwante begrippen
Anagrammen

Werkwoord

vervoeging van
espiar

espía

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van espiar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van espiar