entrepreneur

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • en·tre·pre·neur
enkelvoud meervoud
naamwoord entrepreneur entrepreneurs
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

entrepreneur m

  1. (bedrijfskunde) (economie) iemand die een zakelijke activiteit onderneemt
  2. een ondernemer die met name initiatiefrijk reageert op kansen
Hyperoniemen

Gangbaarheid

87 % van de Nederlanders;
84 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be


Engels

Uitspraak
enkelvoud meervoud
entrepreneur entrepreneurs

Zelfstandig naamwoord

entrepreneur

  1. ondernemer
    «The free market system relies on the optimism and creativity of its entrepreneurs
    Het vrijemarktsysteem rekent op het optimisme en de scheppingskracht van zijn ondernemers.


Frans

Zelfstandig naamwoord

enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  entrepreneur     l'entrepreneur     entrepreneurs     les entrepreneurs  

entrepreneur m

  1. ondernemer