dwarrelt neer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dwar·relt neer
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
neerdwarrelen |
dwarrelt (...) neer
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerdwarrelen
- Jij dwarrelt neer.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerdwarrelen
- Hij dwarrelt neer.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van neerdwarrelen
- Dwarrelt neer!
Gangbaarheid
- Het woord dwarrelt neer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.