donorcodicil
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- do·nor·co·di·cil
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van donor en codicil [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | donorcodicil | donorcodicillen donorcodicils |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
donorcodicil o
- kaartje of pasje waarop een donor heeft aangegeven al dan niet bereid te zijn na overlijden organen en weefsels af te staan voor transplantatie
- Het voorkomt veel vragen als iemand altijd een donorcodicil bij zich draagt.
Gangbaarheid
- Het woord donorcodicil staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "donorcodicil" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
59 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ donorcodicil op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be