dierzaamheid
Uiterlijk
- dier·zaam·heid
- afleiding van duurzaamheid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dierzaamheid | |
verkleinwoord |
de dierzaamheid v
- het streven om duurzaam samen te leven met dieren, met de bedoeling hun welzijn te vergroten
- ▸ Ander dier. Omschrijving voor ‘dier’, gebruikt door Eva Meijer in het boek Dierentalen. Lezeres Bianca Fraipont hield er in onze krant een pleidooi voor tijdens de Week van het Nederlands. Ondergetekende moet bekennen dat ze sindsdien niet meer op dezelfde manier naar ‘andere dieren’ kijkt. Muizen en mensen, allemaal in hetzelfde schuitje. Of hoe taal onze blik bepaalt. Eentje in dezelfde sfeer: dierzaamheid, naar het gelijknamige boek, en als omschrijving van het streven om duurzaam samen te leven met dieren, met de bedoeling hun welzijn te vergroten.[1]
- Het woord 'dierzaamheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Woorden van 2022” (Zaterdag 24 december 2022 om 3.25 uur), De Standaard