cyberpolitie

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  cyberpolitie    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• cy·ber·po·li·tie

Woordherkomst en -opbouw

• afleiding van politie met het voorvoegsel cyber-

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	cyberpolitie
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de cyberpolitie v

1. politieteam dat onderzoek doet naar internetcriminaliteit

   ▸ De kanalen zijn overigens al wel enigszins aan banden gelegd, zegt Erdbrink. Als je meer dan 5000 abonnees hebt, moet je een vergunning aanvragen. Daarnaast kijkt de Iraanse overheid mee. "Het komt voor dat mensen iets op Telegram zeggen en dat de volgende dag de cyberpolitie, Fata, op de stoep staat." Soms verwijdert Telegram wel eens een kanaal, zegt Erdbrink, maar dan is er in mum van tijd een nieuw kanaal aangemaakt.

   ▸ De bende is opgepakt dankzij samenwerking van onder meer de Roemeense autoriteiten, de Nederlandse cyberpolitie, de Amerikaanse FBI, Europol en Britse opsporingsdiensten. Losstaande politie-onderzoeken naar twee virussen leidden naar een en dezelfde bende.

   ▸ De Oekraïense cyberpolitie heeft een onderzoek ingesteld naar het filmpje. Voorlopige resultaten wijzen uit dat het via een onlangs aangemaakt internetadres uit Rusland op internet is gezet.

Synoniemen

• cyberpolitiedienst

Gangbaarheid

• Het woord cyberpolitie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.